Gezondheidszorg is geen handelswaar maar een mensenrecht
Deze maand staat Cordaid stil bij een bijzondere mijlpaal: ons internationale gezondheidswerk bestaat 100 jaar. Een goed moment om te reflecteren. Wat hebben we geleerd? Wat werkt wel, wat niet? En vooral: wat vraagt de toekomst?

Tegen deze achtergrond lazen wij met grote zorg de details van een nieuwe bilaterale aanpak van de Verenigde Staten in de strijd tegen infectieziekten. De concept-overeenkomst met PEPFAR (een Amerikaans noodplan om hiv/aids terug te dringen) die lage- en middeninkomenslanden zouden tekenen, stelt nieuwe voorwaarden: wie Amerikaanse hulp wil, moet binnen vijf dagen genetisch materiaal van potentieel gevaarlijke ziekteverwekkers aanleveren. Niet aan de WHO, maar aan de VS.
Immoreel en politiek explosief
Het lijkt misschien technisch, maar dit gaat om ethiek. Vanuit moreel oogpunt niet goed te praten, en politiek explosief.
Want wat hier op het spel staat, is de essentie van internationale gezondheidszorg. Is ziektebestrijding een collectieve, mondiale inspanning gebaseerd op solidariteit en wederzijds vertrouwen? Of een geopolitiek instrument, waarin machtige landen hun belangen opleggen aan kwetsbare partners?
PEPFAR kiest duidelijk voor het laatste. In plaats van multilaterale afspraken te versterken, ondermijnen de VS het ‘Pathogen Access and Benefit Sharing’-systeem waarover binnen de WHO al jaren zorgvuldig wordt onderhandeld. Terwijl landen uit het mondiale zuiden daar juist inzetten op eerlijke toegang tot vaccins en behandelingen in ruil voor het delen van cruciale informatie.
Hulp gebaseerd op ruilhandel
De VS willen die balans omzeilen. Ze bieden tijdelijke financiële steun voor surveillance en laboratoria, maar stellen daar langdurige verplichtingen tegenover die niet in verhouding staan tot de geboden hulp. Zo eisen ze dat na 2026 landen zelf in toenemende mate voor transport en salarissen moeten betalen, en in 2030 loopt het gehele steunpakket af, terwijl de verplichtingen wel 25 jaar blijven doorlopen.
Het resultaat: een vorm van gezondheidshulp die gebaseerd is op ruilhandel, niet op rechtvaardigheid. Werken aan gezondheid in fragiele contexten vraagt om samenwerking, vertrouwen en lokaal eigenaarschap. Niet om deals die landen onder druk zetten om te kiezen tussen het beschermen van hun bevolking en het behouden van hun soevereiniteit. Gezondheid mag nooit als drukmiddel worden ingezet.
Kijk niet weg
Nederland kan hierin een andere koers kiezen. Door zich actief in te zetten voor een sterk en eerlijk systeem binnen de WHO. Door solidariteit voorop te stellen, ook wanneer anderen dat niet doen. En door niet weg te kijken wanneer internationale gezondheidszorg verwordt tot geopolitiek spel.
Wij weten al 100 jaar: gezondheid is geen handelswaar. Het is een mensenrecht. Laten we daar ook de komende 100 jaar pal voor blijven staan.
Dit opinieartikel is geschreven door: