‘Het is niet voldoende om in stilte mee te leven met Gaza. Spreek je uit!’
Het kan niemand ontgaan zijn: in Gaza speelt zich een ongekende humanitaire ramp af. Meer dan 1,7 miljoen mensen zijn ontheemd en 91% van de bevolking leeft in acute voedselonzekerheid. De wanhoop groeit met de dag.

Cordaid werkt in Gaza samen met partners als Caritas Jerusalem en DanChurchAid (DCA). Deze organisaties hebben tientallen medewerkers in het hart van het conflictgebied die onder erbarmelijke omstandigheden voedsel en water uitdelen, medische hulp geven en mensen psychisch ondersteunen.
We spraken met onze noodhulpexpert Laurens den Dulk, die nauw samenwerkt met de collega’s ter plaatse, over de schrijnende situatie en over de morele plicht om je hierover uit te spreken.
Voedselschaarste
‘De afgelopen drie maanden is er vrijwel geen voedsel Gaza binnengekomen,’ vertelt Den Dulk. ‘Er waren nog wat voorraden in opslagplaatsen, die verdeeld werden onder hulporganisaties. Maar naarmate de schaarste toenam, moesten porties worden gehalveerd, of werden ze minder vaak uitgedeeld. Het is letterlijk overleven geworden.’
Sinds kort komen er via een nieuwe hulporganisatie, de Gaza Humanitarian Foundation, opgezet door Israël en de VS, mondjesmaat weer vrachtwagens binnen. ‘Maar het aantal is veel te klein. Bovendien is het volstrekt onduidelijk wat er precies binnenkomt, wie het verdeelt, en onder welke voorwaarden. Dit is in strijd met het internationaal humanitair recht, dat voorschrijft dat noodhulp onvoorwaardelijk en onafhankelijk moet worden geboden.’

Angstige sfeer
Volgens Den Dulk hangt er een angstige sfeer onder de lokale partners in de regio. ‘Er wordt serieus rekening mee gehouden dat Gaza binnenkort simpelweg niet meer bestaat. Dat de hele bevolking wordt verdreven. Dan zijn we getuige van een etnische zuivering van twee miljoen mensen. Er gaan geruchten dat Egypte voorbereidingen treft om honderdduizenden Palestijnen op te vangen in de Sinaïwoestijn. Andere verhalen wijzen naar Saudi-Arabië of Jordanië. Maar het idee dat Gaza verdwijnt is zo grotesk, dat mensen zich nauwelijks kunnen voorstellen hoe je je daar überhaupt op moet voorbereiden.’
De stille meerderheid
Nu dit zich voor het oog van de wereld voltrekt, verbaast Den Dulk zich over de relatieve stilte in Nederland. ‘Ja, er zijn demonstraties geweest en sommige organisaties laten van zich horen. Maar er is nog altijd een stille meerderheid. Mensen zijn bang om partij te kiezen, bang om in een politiek debat te worden getrokken. Terwijl dit niet over politiek zou moeten gaan, maar over menselijkheid.’
Ook hulporganisaties voelen die worsteling. Toch roept Den Dulk iedereen op die geraakt wordt door de situatie in Gaza om zich uit te spreken. ‘Het is niet voldoende om alleen in stilte mee te leven. Spreek je uit! Niet per se vóór de ene kant of tegen de andere, maar tegen wat hier gebeurt: het opzettelijk uithongeren van een bevolking, het beschieten van menigtes die hulpgoederen proberen te bemachtigen, het doelbewust ontkennen van menselijk lijden.

‘Het internationaal humanitair recht is juist in het leven geroepen om dit soort situaties te voorkomen. Als je je uitgehongerd meldt bij een punt waar voedsel wordt uitgedeeld en vervolgens wordt neergeschoten, of als hulpverleners worden vermoord, dan faalt het humanitair recht.’
Een ‘man-made’ crisis
Dit is geen ‘gewone’ humanitaire crisis, zegt Den Dulk, die er velen voorbij heeft zien komen in zijn tijd als ervaren coördinator van noodhulpprojecten. ‘Deze crisis is man-made. Als morgen de grenzen open zouden gaan, zou de hongersnood voorbij zijn. Zo gruwelijk eenvoudig is het. Het enige juiste antwoord is: dit mag niet. En dat moeten we blijven zeggen. Keer op keer.’